Vervoer

Misschien is het mogelijk om je eigen auto geschikt te maken voor je kind. Bijvoorbeeld door een speciaal autostoeltje of een aangepaste gordel. Is dat niet mogelijk? Dan kun je nadenken over het aanschaffen van een aangepaste auto. Bijvoorbeeld een rolstoelauto- of bus.

Op de website van de Rijksoverheid kun je precies lezen waar je in Nederland mag parkeren met een gehandicapten parkeerkaart, en welke regels er gelden. 

Een rolstoelauto- of bus kan een dure aanschaf zijn. Je kunt kijken of er fondsen zijn waar je aanspraak op kunt maken voor de aanschaf van zo'n auto of bus. Je kunt bij de gemeente nagaan of ze hierin iets kunnen vergoeden. Een maatschappelijk werker of mantelzorgmakelaar zou je hierbij kunnen helpen. Als dit niet lukt kun je er ook voor kiezen om af en toe een aangepaste auto te huren wanneer jullie weg gaan met het gezin. Dit kan bijvoorbeeld bij Stichting Zonnebloem of bij Bever.

Het is mogelijk om een aangepaste auto te huren. Dit kan bijvoorbeeld via De Zonnebloem. Maar als je zoekt op 'rolstoelauto huren’ en je eigen woonplaats dan komen er ook opties naar boven.

Met de auto buiten Nederland

Als je met de auto buiten Nederland op vakantie gaat kun je een Europese Gehandicaptenparkeerkaart krijgen voor je kind wanneer je kind aan bepaalde eisen voldoet. Hiermee mag je parkeren op alle parkeerplaatsen in Europa speciaal voor gehandicapten. Deze kaart staat op naam van je kind (ipv op het nummerbord van je auto) en daarom kun je er ook gebruik van maken als je gebruik maakt van een huurauto.

Autoverhuur

Als je binnen de EU een auto huurt, huur dan onder de Blue Badge-regeling. Dit betekent dat je een aangepaste auto kunt huren die past bij de behoeften van jouw gezin. Controleer daarbij ook de licentievereisten, lokale wetgeving en omstandigheden voordat je vertrekt en spreek met het autoverhuurbedrijf om precies te bepalen wat je van het voertuig nodig hebt. Controleer wat de verzekeringspolissen omvatten en verleng de verzekering indien nodig.

Reizen

Leg je kind zoveel mogelijk uit over de reis. Je kan je kind bijvoorbeeld vertrouwd maken met het concept van reizen door:

• Te spelen met speelgoed auto's / vliegtuigen;

• Filmfragmenten of foto’s te te bekijken van transportmiddelen.

Het is voor elke reis handig om van tevoren de website van de vervoerders te checken op de toegankelijkheid van alle vervoersmiddelen en haltes.

Trein
Als je met de trein wilt reizen, kun je reisassistentie aanvragen. Dit moet je minimaal een uur van tevoren aanvragen bij de NS. Er staan dan mensen op het station klaar om je de trein in te helpen en bij aankomst om je weer uit de trein te helpen. Dit is niet op alle stations beschikbaar.

Bus
De meeste bussen in Nederland zijn toegankelijk. Door middel van een plank die de chauffeur of een medereiziger voor je uitklapt kan je met de kinderwagen/rolstoel naar binnen. Daar is speciaal een plek gereserveerd voor rolstoelgebruikers. Of een halte toegankelijk is kun je zien op de pagina van de betreffende lijn. Een dicht rondje betekent dat de halte toegankelijk is.

Tram
De toegankelijkheid van trams verschilt per stad. In Amsterdam en Utrecht zijn de (snel)trams (redelijk) goed toegankelijk al zijn een aantal haltes dat niet. In Den Haag zijn trams niet toegankelijk.

Valys
Als je ergens heen wilt met het OV maar waar het OV niet toegankelijk is dan kan je gebruik maken van Valys. Op de website kan je zien dat er verschillende vormen van Valys-vervoer bestaan. Om in aanmerking te komen voor Valys-vervoer moet je aan een aantal eisen voldoen. 

OV begeleiderspas
Vanaf het moment dat je kind 12 jaar is en niet zelfstandig kan reizen, kun je een OV begeleiderspas krijgen.

Sommige gemeentes bieden aanvullend openbaar vervoer/OV-taxi/regiotaxi. Je kunt dan met de taxi reizen binnen de gemeente waar je woont. Je kunt bij je eigen gemeente navragen of zij dit aanbieden.

Wanneer vervoer met het reguliere openbaar vervoer lastig is, verstrekt de gemeente soms een taxi-pas. Daarmee krijg je toegang tot rolstoeltoegankelijk groepsvervoer en korting op de kosten ervan. Deze pas kun je aanvragen via het WMO loket van de gemeente.

Als je naar je bestemming vliegt, neem dan vooraf contact op met jouw vluchtvaartmaatschappij. Luchtvaartmaatschappijen bieden namelijk verschillende services aan zoals hulp bij: het inchecken, het door de beveiliging heen te komen en het bereiken van de gate. Daarnaast kunnen er ook bepaalde voorzieningen getroffen voor gezinnen zoals; het vroeg of laat aan boord gaan, eigen mee eten en drinken mee aan boord etc. Ook hier is het handig om de beloftes van de luchtvaartmaatschappij schriftelijk te ontvangen als bevestiging en dit bij je te hebben tijdens de reis. Als jouw kind in een rolstoel zit, onthoud dan dat luchtvaartmaatschappijen vaak niet toestaan dat eigen stoelen meegenomen worden in de cabine, vanwege veiligheids restricties. De stoel wordt in het ruim geplaatst en jouw kind krijgt een stoel aan boord om tijdens de vlucht te gebruiken. Als jouw kind een elektrische rolstoel gebruikt, hoeft dit geen probleem te zijn, maar sommige luchtvaartmaatschappijen leggen hier wel gewichtsbeperkingen op, dus let hierop tijdens het reserveren. Het meenemen van mobiliteitshulpmiddelen brengt geen extra kosten met zich mee. Houd er ook rekening mee dat je misschien moeite hebt met het toilet aan boord van een vliegtuig met een kind met speciale behoeften, omdat deze vaak erg krap en luidruchtig zijn. Overweeg alternatieven zoals luiers of kies een bestemming die slechts een korte vlucht nodig heeft, zodat het minder een probleem wordt.

Luchthavens zijn drukke en vaak luide plekken waar veel gebeurt. Als je zorgen maakt over of dit overweldigend is voor jouw kind, overweeg dan om te vliegen vanaf een klein vliegveld of bezoek betreffende vliegveld van te voren, zodat jouw kind er vertrouwd kan raken. Het kan ook een goed idee zijn om een kaart van het vliegveld af te drukken voordat je vertrekt, zodat je weg makkelijker weet te vinden. Voor het lawaai in het vliegtuig is het een aanbeveling om ruisonderdrukkende oordopjes of een koptelefoon op te zetten, vooral tijdens het opstijgen en landen.