Schouders
Kind & Ziekenhuis
  • MENU
Anders dan 'normaal'
Passend onderwijs
Werk en dagbesteding

Zorg zonder angst of pijn

Kinderen hebben recht op de beste zorg. Dat betekent ook dat ze beschermd worden tegen onnodige behandelingen en onderzoeken. En dat er maatregelen worden genomen om pijn, lichamelijk ongemak en emotionele spanningen te voorkomen of te verlichten. Of dat behandeling zonder dwang gebeurt.

Als ouder wil je natuurlijk jouw kind hierbij helpen. Stel daarom vragen over de behandeling, en vraag naar welke mogelijkheden er zijn om angst en pijn te voorkomen!

Een goede voorbereiding

Voorbereiding is het halve werk. Waar gaat het gebeuren? Wie gaat het doen? Is er een filmpje van? Bijvoorbeeld van het ziekenhuis of bijvoorbeeld van de bloedafname. Het is niet alleen belangrijk om je kind voor te bereiden, maar ook jezelf. Weet jij het antwoord op de onderstaande vragen?

  • Wat vindt je kind fijn?

  • Bepaalt je kind wat er op welk moment gebeurt, of is het fijner wanneer jij dit aangeeft. (wie heeft de regie?)

  • Waar wil hij/ zij bijvoorbeeld geprikt worden?

  • In welke houding is dit het fijnste zoals op schoot, liggend of zittend?

  • Kun je thuis de verdovende zalf zoals EMLA al opsmeren?

  • Wat helpt je kind normaal gesproken als hij/ zij spanning voelt? Zoals afleiding met een verhaaltje voorlezen, game of een filmpje? Maak samen met je kind een plan.

  • Wat kun je zeggen ter voorbereiding op een ingreep, zoals een infuus, vaccinatie of bloedafname?

Handig: Download de folder 'Helpend taalgebruik' of kijk op de site van Kind en Ziekenhuis voor de folder in andere talen.

Gebruik de juiste woorden

Bloedafname, een vaccinatie, het inbrengen van een infuus: het zijn geen fijne momenten voor je kind. Gelukkig proberen zorgverleners met goed gekozen woorden veel angst, pijn en stress te voorkomen. Maar ook als ouder kun je je kind met met positieve taal helpen. Want woorden kunnen positieve of negatieve verwachtingen of emoties oproepen.

Woorden kunnen leiden tot beelden in je hoofd. Zo kan bij het praten over je lievelingseten het water je in de mond lopen. Uit onderzoek blijkt dat het praten over pijn of het waarschuwen voor een prik tot meer angst en pijn kan leiden. Als je helpende woorden of positieve taal gebruikt, zorg je juist dat je kind zich prettiger voelt. Het helpt ook wanneer maar 1 persoon praat tijdens de ingreep. Dit zorgt voor gerichte aandacht en een rustige sfeer. Je kunt met elkaar vooraf afspreken wie met je kind praat. Dat kan jij zelf zijn of bijvoorbeeld een verpleegkundige, medisch pedagogisch zorgverlener of dokter. Hieronder kun je lezen hoe je als ouder helpende taal toepast.

Wat jij kunt doen tijdens de ingreep

Blijf rustig
Een rustige, positieve houding is belangrijk. Angst is besmettelijk. Als je rustig bent zal je kind ook rustiger zijn. Dus het is belangrijk dat je rustig blijft voor, tijdens en na de ingreep.

  • Blijf bij je kind, wees rustig en praat met je gewone en kalme stem voor, tijdens en na afloop van de ingreep.

  • Om zelf rustig te blijven, kun je een paar keer langzaam en diep ademhalen voor, tijdens en na de ingreep. Je kunt dit ook samen met je kind doen.

  • Als je vooraf denkt dat dit moeilijk voor je wordt, bespreek het dan met de dokter, medisch pedagogisch zorgverlener of verpleegkundige. Zij kunnen je dan helpen.

Leid je kind af
Onze hersenen kunnen niet alles tegelijk. Je bent je vaak alleen maar bewust van wat je voelt als je eraan denkt. Als je nu bijvoorbeeld denkt aan je voeten in je schoenen dan voel je weer dat je schoenen aan hebt. Terwijl je dat enkele zinnen hiervoor niet voelde. Door dus de aandacht van je kind op iets anders dan de ingreep te leggen zal je kind minder angst en pijn hebben.

Hoe doe je dat?
Leid je kind af voor, tijdens en na de ingreep bijvoorbeeld door samen te zingen, te praten over favoriete vakantie/hobby/sport/ game/tv-programma/ boek, of door voorlezen, bellenblazen, een (zoek)spelletje, speelgoed, IPad of telefoon, of een onderwerp wat ze aan het leren zijn op school. Hoe meer betrokken je kind is in de afleiding, hoe beter het werkt. Houd de aandacht van je kind dus op de afleiding.

Als je in het ziekenhuis bent zal er misschien ook een medisch pedagogisch zorgverlener of een (kinder-) verpleegkundige zijn die je kind afleidt. Dit kun je van tevoren afstemmen. Sommige kinderen willen juist wel kijken naar de ingreep. Dan kun je zeggen: “Wat gaat het goed hè? Blaas maar lekker uit waardoor het nog beter gaat”. Het is namelijk bekend dat uitblazen ervoor zorgt dat je kind meer ontspannen wordt. Daardoor zal hij ook minder pijn en angst voelen. Samen rustig in- en uitademen zal je kind dus helpen om meer relaxed te blijven tijdens de ingreep.

Handige tools