Kinderen
Broers en zussen gaan door hun eigen verwerkingsproces. Ook zij hadden misschien een ander beeld bij hun broertje of zusje, en kunnen tijd nodig hebben om dit een plekje te geven. Misschien zie je gedragsproblemen ontstaan bij je andere kind. Of vraag je je af of het gedrag wat je ziet ‘normaal' is, of dat er hier misschien óók sprake is van een aandoening of beperking.
Probeer de tijd voor broertjes en zusjes zo goed mogelijk te verdelen. Als het lukt is het goed om één op één tijd in te plannen, waarin je even alleen aandacht hebt voor de andere kinderen in het gezin. Ook korte momenten van aandacht – vragen hoe het op school was, een verhaal voorlezen, samen een tekening maken – kunnen al heel waardevol zijn.
Echt samen met je andere kind iets gaan doen vraagt nu veel meer voorbereiding. Het is fijn als er iemand uit je netwerk af en toe kan oppassen zodat jij er op uit kunt met je andere kind maar er zijn ook verschillende manieren waarop de zorg thuis tijdelijk van jullie overgekomen kan worden door een professional.
Ook bestaat er de gratis Zorg-Werk-Leven balanstool die je kan helpen om inzicht te krijgen in de indeling van jouw leven en hoe dat misschien anders kunt inrichten waardoor je bijvoorbeeld tijd kunt inplannen om iets leuks met je andere kind(eren) te gaan doen.
Het kan fijn zijn hulp in te schakelen van een professional. Dit kan op verschillende manieren. Ook kun je bij de huisarts aankaarten dat je hulp zoekt voor je andere kind. Die kan jullie bijvoorbeeld doorverwijzen naar een psycholoog. Of je deze hulp zelf moet betalen of niet, hangt af van je (aanvullende) verzekering.
Je kunt ook zelf opzoek naar geschikte hulp voor je andere kind(eren). Kijk bijvoorbeeld eens op de website van LEF.
De beperking uitleggen
Neem er rustig de tijd voor om er samen over te praten en je kind vragen te laten stellen. Zo ontdek je ook meteen wat je kind al weet van de beperking of aandoening van zijn of haar broer of zus. Kinderen begrijpen vaak meer dan je denkt. Gebruik simpele woorden maar wees wel eerlijk in je uitleg.
Het lezen van een boek samen met je kind kan helpen. Bijvoorbeeld het doe-boek 'Weet jij wat het is om anders te zijn? Lees alles over kinderen met een aandoening, handicap of leerstoornis.' van Ellen Sabin. Het Nederlands Jeugdinstituut heeft een heel verslag geschreven over brusjes met daarin allerlei tips waar je misschien ook iets aan kunt hebben.
de UPfoundation ontwikkelde een set kaarten waarmee je op een laagdrempelige manier in gesprek kunt gaan met je kind.
Vriendjes
Het is belangrijk dat je vriendjes en vriendinnetjes van je kind uitlegt dat jouw kind misschien met sommige dingen niet mee kan doen. Wanneer je kind er toe in staat is, kan hij of zij ook zelf een spreekbeurt geven in de klas over de beperking, aandoening of ziekte.
Brus
Een term waarmee andere kinderen in het gezin worden aangeduidt is brus of brussen. Zoek maar eens op deze term en je vind heel veel ondersteuning voor je andere kinderen, zoals brussengroepen in jouw omgeving of online. Het Brussenboek en 'Dus ik ben een brus' geeft ook veel uitleg. Voor brussen zelf zijn er ook goede plekken om herkenning te vinden zoals bij Same! OoK is er een spel voor brussen 'Broedels'.
Voor ondersteuning kun je terecht bij Supporters, je wordt dan gekoppeld aan een brus waarmee je het gesprek aan kunt gaan.
Jonge mantelzorger
Broers en zussen van 0 tot 24 jaar zijn ook 'jonge mantelzorger'. Bij het mantelzorgsteunpunt in jouw omgeving kunnen ze je meer informatie geven hoe jonge mantelzorgers ondersteund worden. Jaarlijks is in juni ook de week van de jonge mantelzorgers met extra aandacht en leuke activiteiten. Op de site van JMZPro vind je veel informatie.